Mijn bedrijfsfilosofie in de praktijk.

Zoals een voetbaltrainer een uitgesproken speelstijl of voetbalfilosofie heeft, zo heb ik mijn eigen visie op hoe je een bedrijf bouwt. Voor mij draait het niet om een standaard recept, maar om een set overtuigingen en principes die alles bepalen: van de cultuur en het merk tot aan de manier waarop je met klanten en collega’s omgaat. In dit artikel beschrijf ik mijn ‘bedrijfsfilosofie. De manier waarop ik geloof dat een bedrijf moet aanvoelen, werken en groeien. Niet omdat het moet, maar omdat ik ervan overtuigd ben dat het zo werkt.

1. Bouw een sterk merk – eentje die mensen voelen

Een merk is geen logo of kleurtje. Het is iets wat mensen voelen in hun hart en buik. Het moet resoneren. Niet alleen laten zien wat je doet, maar waarom je doet wat je doet. Als mensen willen ons graag ergens mee verbinden. Ergens bij horen. Niet met een transactie, maar met een verhaal, een gevoel, een richting. Een goed merk is relationeel, niet transactioneel.

Een merk kun je niet vastpakken. Het is dat wat mensen over je vertellen als je er niet bij bent.

Het moet iets zijn waar mensen zich thuis bij voelen, waarvan ze denken: dit klopt. En het liefst: dit is ook een beetje van mij.

2. Bouw een sterke cultuur – die klopt van binnenuit

Cultuur is alles. Je voelt het zodra je ergens binnenstapt. Of het veilig is. Of mensen energie krijgen van wat ze doen. Of ze zichzelf durven zijn. Een sterke cultuur ontstaat niet vanzelf, die moet je bouwen. Door zelf het goede voorbeeld te geven. Door duidelijke waarden te kiezen. En vooral door mensen serieus te nemen.

Ik wil alleen nog bedrijven bouwen waar ik zelf zou willen werken.

In een goede cultuur voelen mensen zich verantwoordelijk. Niet omdat het moet, maar omdat ze het willen.

3. Zet een stip die tot de verbeelding spreekt

Mensen willen ergens naartoe. Naar iets groters, iets wat zin heeft. Zet die stip op de horizon en zorg dat ie raakt. Niet ‘groeien met 15%’, maar iets waar je energie van krijgt. En dan is de grote vraag: ben jij degene die dat verhaal kan vertellen? Kun jij mensen daar naartoe leiden? Zo niet, dan moet je iemand zoeken die dat kan. Want zonder visie en richting wordt het nooit iets wat mensen willen volgen.

Stip van srprs.me: geef 1 miljoen mensen hun onbevangenheid terug door ze op verrassingsreis te sturen.

4. Zorg voor een product dat echt goed is

Je verkoopt uiteindelijk altijd twee dingen: het verhaal en het product. Dat verhaal kan mensen binnenhalen, raken, aanzetten tot kopen. Maar als je product niet klopt, als het niet gewoon heel, heel goed is, dan haken mensen alsnog af. Is het niet nu, dan wel op lange termijn.

Zorg dus dat je product klopt tot in de puntjes. Dat het beter is dan goed. En pas dan ga je het verhaal vertellen.

5. Steek je marketinggeld in je klanten

Betaald adverteren helpt, – zeker als je snel wilt groeien. Maar elke euro die je niet naar Google of Meta hoeft te brengen, kun je investeren in je product of in je klanten. Om ze beter te helpen. Om het nóg beter te maken. Dat voelt iedereen. En als je dat goed doet, wordt mond-tot-mondreclame je grootste kanaal. Daar kan geen campagne tegenop.

6. Behandel je klanten als vrienden

Je klanten zijn geen leads, geen doelgroepen, geen ‘buyers’. Het zijn mensen. Met wie je in gesprek mag. Voor wie je iets kunt betekenen. Behandel ze dus ook zo: met aandacht, oprechte interesse, en zonder verborgen agenda’s.

Wat zou je voor een goede vriend doen? Een beetje extra moeite, een eerlijk advies, soms gewoon even niets verkopen maar luisteren. Doe dat dan ook voor je klanten. Je voelt het verschil meteen. En zij ook